Dag 4 Death Valley – Lake Isabella

dinsdag 13 mei

Vroeg opgestaan na een stormachtige nacht. De camping in Furnace Creek heeft geen douches. Wij denken aan onze caravan en veronderstellen nog dat douchen in de camper te veel water zal kosten en besluiten dus tot ‘kattenwasjes’. Later in deze vakantie zal blijken dat douchen in de camper prima gaat, ja zelfs comfortabel is, niet met je tasje met toilettas, handdoek en ondergoed naar de douches, heerlijk!

Om 6.45 uur zijn we al op weg naar Dantes View. De tocht meer dan waard. We hebben een adembenemend mooi zicht op de zoutvlaktes van Badwater. Terug in Furnace Creek kijken we nog wat rond in de ranch en kopen in de general store een dadelbrood van lokale dadels. We schaffen in het Visitor Center onze jaarpas ($ 80) aan voor de Nationale Parken en vervolgen onze weg. We rijden via de 190 naar het westen en maken diverse stops, onder andere bij de zandduinen.  Wij vinden Death Valley zeker de moeite waard, ongenaakbaar woest en kaal en genieten van de prachtige kleuren van het zand, de stenen en de rotsen. 

De Tiogapas is nog niet open, dus wij moeten ‘onderlangs’ naar Yosemite. We slaan dus linksaf de 395 op en rijden door de desert en langs de ook al kale, majestueuze, scherpe bergkam van de Sierra Nevada. Die woestijn is overigens geen zandvlakte maar meer een kale, steenachtige bodem met stekelige bosjes. Op de Y-splitsing nemen we de 14 richting LA en vervolgens de afslag 178 richting Lake Isabella.

Rond 16.30 uur zijn we op camping Lake Isabella Resort R.V. Niks bijzonders, maar we worden wel meteen lid van Good Sam’s club en krijgen dan 10% korting op bij die organisatie aangesloten campings. 

Gezien het tijdstip van aankomst hadden we achteraf misschien ook nog wel tijd gehad om in Death Valley naar het laagste punt in Badwater te rijden. Dat hebben we nu overgeslagen.

Maar nu zitten we wel om 5 uur lekker in de zon aan een biertje op de camping. 

We hebben vandaag 240 mijl gereden.